Altrecht Academisch Angstcentrum

Altrecht

Het Altrecht Academisch Angstcentrum (AAA) is gespecialiseerd in de diagnostiek en behandeling van patiënten met ernstige en complexe angst-, dwang en trauma-gerelateerde problematiek. Dit betreft (complexe) posttraumatische stressstoornis, obsessieve compulsieve stoornis, gegeneraliseerde angststoornis, paniekstoornis, agorafobie, sociale fobie, verzamelstoornis, morfodysfore stoornis, ziekteangststoornis (hypochondrie) en in uitzonderlijke gevallen specifieke fobieën. 

Hoofd- en sublocatie

Nieuwe Houtenseweg 12
3524 SH Utrecht

Telefoon

Leeftijdscategorie
19-25 jaar
26-64 jaar
> 65 jaar
Beschrijving

Het Altrecht Academisch Angstcentrum (AAA) is gespecialiseerd in de diagnostiek en behandeling van patiënten met ernstige en complexe angst-, dwang en trauma-gerelateerde problematiek. Dit betreft (complexe) posttraumatische stressstoornis, obsessieve compulsieve stoornis, gegeneraliseerde angststoornis, paniekstoornis, agorafobie, sociale fobie, verzamelstoornis, morfodysfore stoornis, ziekteangststoornis (hypochondrie) en in uitzonderlijke gevallen specifieke fobieën. 

Contra-indicaties

• Ernstige verslaving;
• Ernstige somatische/psychiatrische aandoening die de behandeling van angst-, dwang- en trauma-gerelateerde klachten in de weg staat of waarvoor klinische opname nodig is. 

DSM V classificatie
  • sociale angststoornis
  • specifieke fobie
  • paniekstoornis met of zonder agorafobie
  • gegeneraliseerde angststoornis
  • obsessieve compulsieve stoornis (dwangstoornis)
  • verzamelstoornis
  • posttraumatische stressstoornis
  • ziekteangststoornis (hypochondrie)
Waar bestaat de diagnostiek uit?

Bij het AAA wordt standaard uitgebreid diagnostisch onderzoek gedaan. Een intakegesprek wordt door twee behandelaren gedaan en hierbij wordt een gestructureerd diagnostisch interview afgenomen. Patiënten vullen daarnaast verschillende vragenlijsten in, zowel algemene vragenlijsten als stoornisspecifieke vragenlijsten.

Hoe intensief is deze voor de patient?

De patiënt wordt ten behoeve van de intake uitgenodigd voor een tweetal afspraken die normaliter aansluitend zijn. De eerste afspraak duurt ongeveer 1,5 uur. Hierin worden onder andere de klachten, belangrijke levensgebeurtenissen, de familieanamnese, eerdere behandelingen en medicatie-gebruik in kaart gebracht. Vervolgens wordt een gestructureerd interview afgenomen. Daarna volgt een tweede intakegesprek met een GZ-psycholoog, klinisch psycholoog of psychiater. De verschillende algemene en stoornisspecifieke vragenlijsten vullen patiënten thuis in. Na afronding van de intake wordt een datum gepland voor een adviesgesprek. In het adviesgesprek wordt behandeling, verdere diagnostiek of doorverwijzing geadviseerd. 

Welke instrumenten worden er gebruikt bij diagnostiek?

Bij het AAA wordt gebruik gemaakt van verschillende algemene en stoornisspecifieke vragenlijsten.
Algemene vragenlijsten: M.I.N.I. (Mini International Neuropsychiatric Interview), Beck Anxiety Inventory (BAI), Beck Depression Inventory (BDI-II), Brief Symptom Inventory (BSI) en de EuroQol 5D (EQ5D).

Stoornisspecifieke vragenlijsten: 

  • Obsessieve compulsieve stoornis: YBOCS (Yale Brown Obsessive Compulsive Scale)
  • Paniekstoornis: ACQ (Agoraphobic Cognitions Questionnaire), BSQ (Body Sensation Quesionnaire), MI (Mobility Inventory);
  • Posttraumatische stressstoornis: PCL-5 (PTSD checklist for the DSM-5) PSS-SR (Posttraumatic Stress Symptom Scale, Self Report), PTCI (Posttraumatic Cognitions Inventory);
  • Sociale fobie: LSAS (Liebowitz Social Anxiety Scale), SPAI-18 (Social Phobia and Anxiety Inventory);
  • Verzamelstoornis: SIR (Saving Inventory Revised), SCI (Saving Cognitions Inventory)Gegeneraliseerde angststoornis: PSWQ (Penny State Worry Questionnaire), WDQ (Worry Domains Questionnaire);
  • Ziekteangststoornis: WI (Whiteley Index);
  • Morfodysfore stoornis: BICI (Body Image Concern Inventory), BDD-YBOCS (Body Dysmorphic Disorder Yale Brown Obsessive Compulsive Scale).

 

Behandeling
Ambulant
Deeltijdbehandeling
Beschrijving

Het Altrecht Academisch Angstcentrum heeft een ruim behandelaanbod, bestaande uit zowel individuele behandelingen als diverse intensieve groepsbehandelingen. Het behandelaanbod omvat onder andere: Cognitieve gedragstherapie (CGT), Eye Movement Desensitization and Reprocessing (EMDR), Imaginaire exposure (IE), Narratieve Exposuretherapie (NET), Imaginaire Rescripting, Flash 2.0 en farmacotherapie. De behandelingen kunnen op locatie of online worden gegeven.

Naam en beschrijving
Improve onderzoek
Doelgroep

Patiënten met een paniekstoornis

Methodiek

Een deel van de patiënten met een paniekstoornis profiteert onvoldoende van cognitieve gedragstherapie. Dit komt mogelijk doordat zij last hebben van nare beelden over gevreesde situaties in het verleden of de toekomst. Deze beelden zitten mogelijk in de weg bij het volledig aangaan van exposure oefeningen binnen cognitieve gedragstherapie. Dit is de eerste multi-center randomized controlled trial die onderzoekt of EMDR gericht op deze nare beelden vooraf aan exposure therapie de behandeleffectiviteit, therapietrouw en verdraagzaamheid vergroot bij patiënten met een paniekstoornis.

Beoogde effecten

Doel van de behandeling is het verminderen van paniekklachten.

Hoe intensief is deze voor de patiënt?

12 Wekelijkse sessies van 1,5 uur. Daarnaast wordt de patiënt gevraagd ook thuis dagelijkse exposure opdrachten uit te voeren en vragenlijsten in te vullen.

Effectiviteitsonderzoek

Een multicenter, single blind, randomized controlled trial met two-arm mixed factorial design.

Naam en beschrijving
Enhance onderzoek
Doelgroep

Patiënten met (complexe) PTSS.

Methodiek

EMDR is een bestaande en effectief bewezen interventie voor patiënten met (C)PTSS. Echter, de laatste jaren is een beweging in opkomst die EMDR probeert efficiënter te maken. Deze vorm van EMDR, EMDR 2.0 die reeds onderzocht is in een RCT, laat veelbelovende resultaten zien, zowel in niet-klinisch onderzoek als in de klinische praktijk. Een RCT bij patiënten ontbreekt echter. FLASH, een nieuwe mogelijke behandelvorm voor PTSS is iets meer onderzocht, maar ook daar ontbreekt een goede RCT van. Het is belangrijk, alvorens echt tot een indicatie en vaste inzet in de klinische praktijk te komen om deze therapiën op hun werking en efficiëntie te onderzoeken. FLASH is een therapie ontwikkeld door Phil Manfield, maar aangepast door prof dr. de Jongh en dr. Matthijssen. EMDR 2.0 is ontwikkeld door prof. dr. de Jongh en dr. Matthijssen. Nergens in Nederland is de FLASH onderdeel van behandeling en EMDR 2.0 als losse module is als zodanig ook nog nergens los getoetst.

Beoogde effecten

Doel van de behandeling is het verminderen van PTSS-klachten.

Hoe intensief is deze voor de patiënt?

De behandeling bestaat uit 6 sessies, en daarnaast twee nametingen.

Effectiviteitsonderzoek

A single blind, randomized controlled trial with three arms.

Uitstroomcriteria

De behandeling wordt afgesloten wanneer de vooraf afgesproken behandeldoelen zijn bereikt, of wanneer er geen passend hulpaanbod meer beschikbaar is.  

 

Waar worden patiënten naar door- of terugverwezen?

66% van de patiënten wordt na een gemiddelde behandelduur van 8,5 maanden terug verwezen naar de huisarts; 22,6% wordt na een gemiddelde behandelduur van 10,3 maanden doorverwezen naar een andere specialistische ggz-afdeling voor behandeling van comorbide problematiek; 11,4% wordt na een gemiddelde behandelduur van 8,7 maanden doorverwezen naar de basis ggz.

Is er een terugval aanbod?

Aan het einde van de behandeling wordt een terugvalpreventieplan opgesteld, daarnaast wordt bij sommige behandelingen standaard gebruik gemaakt van ‘booster sessies’ om de kans op terugval te verkleinen. Verder is er mogelijkheid om versneld terug in behandeling te komen en boostersessies te krijgen indien er kort na het afronden van de behandeling sprake is van een terugval. 

Hoe wordt een second opinion aangevraagd?

Voor second opinions kan contact worden opgenomen met Altrecht Start, het centrale loket voor verwijzers. Altrecht Start is te bereiken via: 030 – 230 8555. Of via e-mail: altrechtstart@altrecht.nl.
Een second opinion wordt uitgevoerd door een expert op het gebied van de vraagstelling. Afhankelijk van de vraag wordt bekeken hoe de second opinion wordt vormgegeven. 

Naam
dr.
S. (Suzy)
Matthijssen
Specialisatie

Klinisch psycholoog/psychotherapeut en expert op het gebied van angst- en trauma-gerelateerde problematiek.

Contactgegevens
Naam
dr.
A. (Aart)
de Leeuw
Specialisatie

Psychiater, expert op het gebied van dwang-gerelateerde problematiek. 

Contactgegevens
Consultatie en adviesmogelijkheden voor verwijzers

Het Altrecht Academisch Angstcentrum is beschikbaar voor advies en consultatie. Het telefonisch spreekuur is maandag t/m vrijdag van 8.30 uur tot 9.00 uur. Het telefoonnummer is: 030 – 230 8790. Of via e-mail: consultatie_adviesAAA@altrecht.nl.
Op basis van de inhoud van de vraag zal een passend advies worden gegeven. 

Beschrijving doelstelling zorgaanbod

Het doel van de behandeling is het verminderen van klachten en daarmee het verbeteren van de kwaliteit van leven.

Hoe wordt dit gemeten?

Individuele CGT behandelingen op dwang en angst worden elke drie maanden standaard geëvalueerd in de verschillende casuïstiekteams. Bij de evaluatie van individuele patiënten wordt op basis van de uitkomsten bijsturing aan de behandeling gegeven. Als in een individuele CGT behandeling onvoldoende vooruitgang wordt geboekt, wordt samen met de patiënt geanalyseerd waar dat mee te maken heeft, en wat er nodig is om een positief behandelresultaat te behalen. Een optie zou dan kunnen zijn om medicatie toe te voegen of mogelijkerwijs een bepaalde groep of intensieve behandeling. Ook beschikt Altrecht over de mogelijkheid om deeltijdbehandeling in te zetten. 

Met welk instrument worden de effecten gemeten

Onderstaande meetinstrumenten worden ingezet voor het in kaart brengen van de effecten van behandeling:
●    Brief symptom Inventory (BSI)
●    Beck Anxiety Inventory (BAI)
●    Beck Depression Inventory (BDI-II)
●    Euroqol 5D (EQ5D) 
Deze worden afgenomen bij intake en bij het afronden van de behandeling.

Daarnaast worden in het kader van diagnostiek, afhankelijk van de hoofddiagnose, stoornisspecifieke vragenlijsten uitgezet.

Stoornis lichaamsbeleving: BICI, BDD-YBOCS
GAS: PSWQ, WDQ
Hypochondrie: WI
OCD:   YBOCS, OCI-R
Paniekstoornis:   ACQ, BSQ, MI
PTSS: PSS-SR, PTCI, PCL-5
Sociale fobie: LSAS, SPAI-18
Verzameldwang: SIR, SCI
Met welke frequentie

De frequentie is afhankelijk van het specifieke zorgaanbod

Resultaten in percentages of aantallen

Behandeleffecten individuele CGT trajecten
Het gemiddelde behandeleffect gemeten met de BSI is over het totaal gezien 0.36 (SD=0.6) voor de AAA populatie (behandelingen die zijn afgerond tussen 2019 en 2020 en waarvan de zowel de voormeting als de nameting zijn ingevuld). De Cohen’s d over de volledige groep is 0.5. Dat is een gemiddelde effectsize. 

Behandeleffecten intensieve groepen
Het gemiddelde behandeleffect in de IAT, gemeten met de PCL-5 en de BSI is over het totaal gezien respectievelijk 23.08 (D=20.9) en 0.72 (SD=0.9) voor de patiënten die in 2022 de IAT hebben gevolgd.  De Cohen’s d bij de PCL-5 is 1.1. Dat is een grote effectsize en betreft het behandeleffect op PTSS klachten. De Cohen’s d bij de BSI is 0.8, ook dit is een grote effectsize, en laat algehele klachtenafname op meerdere levensgebieden zien.

Het gemiddelde behandeleffect in de KEI gemeten met de BSI voor de patiënten met Paniekstoornis en OCD is respectievelijk 0.41 (SD=0.6) en 0.43 (SD=0.3) voor de patiënten die in 2022 de KEI hebben gevolgd. Cohen’s d voor de patiënten met paniekstoornis is 0.7 en bij de patiënten met  OCD 1.4. Dit zijn grote effectsizes. In totaal is het behandeleffect 0.42 (SD=0.46) met een Cohens d van 0.9, een grote effectsize.  Dit laat zien dat de KEI voor zowel patiënten met OCD als voor patiënten met paniekstoornis een zeer effectief behandelprogramma is, dat resulteert in klachtenafname op verschillende levensgebieden.
 

Hoe wordt de zorg door de patiënt en/of naaste ervaren?

Het AAA laat patiënt bij afsluiting een patiënttevredenheidsvragenlijst invullen. Uit deze lijsten (gemeten tussen 2021 en 2022) komt naar voren dat patiënten gemiddeld de behandeling met een 7.5 (SD 1,9) waarderen.

Naam
Prof. dr.
I.M.
(Iris)
Engelhard
Specialisatie

Trauma en angst-gerelateerde problematiek en werkingsmechanismen van EMDR en exposure therapie.

Contactgegevens
Specialisatie

Dr. Aart de Leeuw, dwang-gerelateerde problematiek, a.de.leeuw@altrecht.nl 

Dr. Suzy Matthijssen, angst en trauma-gerelateerde problematiek, s.matthijssen@altrecht.nl 

Dr. Puck Duits, angstconditionering, p.duits@altrecht.nl

Dr. Mae Nuijs, m.nuijs@altrecht.nl

Beschrijving onderzoek

IMPROVE: Improving anxiety treatments by modulating emotional memories prior to in vivo exposure.

Verbeteren van de effectiviteit en verdraagzaamheid van angst behandelingen door het moduleren van emotionele herinneringen voorafgaand aan exposure in vivo.

Verwachte einddatum
JUNI 2024
Naam hoofdonderzoeker
Bart Enthoven
Beschrijving onderzoek

ENHANCE: The effectiveness, efficiency, and acceptability of EMDR vs EMDR 2.0 vs the Flash technique in the treatment of PTSD.

Verbeteren effectiviteit en efficiëntie van behandelingen gericht op PTSS.

Verwachte einddatum
April 2026
Naam hoofdonderzoeker
Valentijn Alting van Geusau
Auteur(s)
Matthijssen, S. J. M. A., Brouwers, T. C., van den Hout, M. A., Klugkist, I. G. & de Jongh, A.
Tijdschrift
European Journal of Psychotraumatology
Datum
04-09-2021
Auteur(s)
Kwee, C.M.B., Baas, J.M.P., van der Flier, F.E., Groenink, L., Duits, P., Eikelenboom, M., van der Veen, D.C., Moerbeek, M., Batelaan, N.M., van Balkom, A.J., & Cath, D.C
Tijdschrift
European Neuropsychopharmacology
Datum
05-10-2022
Auteur(s)
Duits, P., Baas, J.M.P., Engelhard, I.M., Richter, J., Huisman - van Dijk, H.M., Limberg-Thiesen, A., Heitland, I., Hamm, A.O., & Cath, D.C.
Tijdschrift
Journal of Anxiety Disorders
Datum
18-01-2021
Beschrijving

Medewerkers van het Altrecht Academisch Angstcentrum geven geregeld workshops en colleges over angst-, dwang-, en trauma-gerelateerde stoornissen op verschillende na,- en bijscholingscursussen evenals bij de Universiteit Utrecht. Daarnaast verzorgen medewerkers van het AAA specialistische lesdagen binnen de opleidingen tot klinisch psycholoog, psychotherapeut en GZ-psycholoog. Kennisoverdracht vindt daarnaast plaats middels presentaties op (internationale) congressen, webinars en podcasts.    

Titel presentatie
VSDT: Wat moeten we er mee?
Naam professional
dr. Suzy Matthijssen
Datum
31-03-2023
Naam en plaats congres
Nederlands EMDR congres; Amersfoort, NL

Ervaring van patiënten/naasten

Peter (45): Terugkijkend heb ik altijd al wel dwangmatige trekjes gehad. Ik heb herinneringen aan mezelf, als brugklasser, waarin ik oeverloos mijn schooltas controleerde, maar ook de gymles echt van me af moest schrobben: zó vies vond ik dat! Maar op de één of andere manier is de problematiek in het afgelopen jaar onleefbaar geworden. Al op het ziekbed van mijn moeder merkte ik, dat ik vrij extreem alles wilde schoonmaken wat met haar in contact was geweest. Alsof kanker besmettelijk is. Rationeel weet je dat het niet klopt, maar je dag komt volledig in het teken te staan van dingen die je niet wilt. In mijn geval: handen wassen, kleren wassen. En dat gaat van kwaad tot erger: de stang in de bus is natuurlijk vreselijk vies, dus ging ik niet meer met de bus. Ik werd steeds banger voor stof en vuil van de straat en moest – als ik mijn huis binnenkwam- eerst met verschillende middelen mijn schoenzolen desinfecteren. Als ik de boodschappen moest opruimen, moest iedere verpakking eerst door een sopje. Na een half jaar kwam ik in problemen op mijn werk. Ik ben monteur en kom bij de mensen thuis. Dus na ieder bezoek had ik tijd nodig om alle opgedane viezigheid te verwijderen. Ik moest onder ogen zien dat ik mijn baan zou kwijtraken als er niets gebeurde. Zo kwam ik terecht bij het Angstcentrum.

Nicole (33): Je kunt het je niet voorstellen… letterlijk met de komst van mijn zoontje Pim kwam de angststoornis mijn leven binnen. Toen ik voor het allereerst met Pim in de kinderwagen de deur uit wilde wandelen, overviel me een allesoverheersende angst waarbij ik duizelig werd en dacht dat ik ging flauwvallen. En het bleef niet bij die ene keer. Mijn familie reageerde relaxed toen de huisarts niets bijzonders kon vinden: ze zouden me wel helpen, het kwam vast door de hormonen en het zou vanzelf overgaan. Maar dat deed het niet. Sterker nog, na drie maanden was ik zover dat ik helemaal de deur niet meer uit durfde, ook niet meer samen met mijn man. Ik wilde nog maar één ding: thuiszitten met Pim. In mijn veilige cocon. Ik kon en wilde Pim geen seconde uit het oog verliezen en raakte volledig in paniek bij de gedachte dat ik moest gaan werken. Dat ging dus ook niet. Aan het eind van mijn zwangerschapsverlof meldde ik me ziek en hebben we de crècheplaats voor Pim afgezegd. Ik vroeg me oprecht af of ik gek aan het worden was. Hoe kan dit? Hoe doen andere moeders dit? Dit is toch geen leven?
Zo kwam ik bij het Angstcentrum terecht. Eerst kreeg ik medicijnen in combinatie met thuisbehandeling. Daarna volgden, toen ik in wat rustiger vaarwater kwam, therapiesessies voor mij, en systeemgesprekken met Erwin. Hij moest immers weten hoe hij mij kon steunen, maar ook uitdagen. Oefenen moest ik, oeverloos oefenen, steeds kleine stapjes voorwaarts en daar had ik zijn steun ontzettend bij nodig. Met vallen en opstaan kon ik langzaam maar zeker mijn leven weer oppakken. Pas na een jaar kon ik voorzichtig weer aan het werk en moet op die twee dagen Pim op de creche achterlaten. Daar sta ik nu. Het blijft een overwinning, maar ik ga wel door, binnenkort worden het drie werkdagen. Voorlopig moet ik me nog strikt aan de medicijnen houden, dat geeft me ook zekerheid en vertrouwen. Ik hoop van harte dat ik ooit ook zonder kan. Ik ben altijd al perfectionistisch geweest, maar nu moet ik echt blijven vechten tegen mijn neiging om alle risico's buiten te sluiten.

Back to top