Levvel (de nieuwe naam van de Bascule en Spirit)
Het Centrum voor trauma en gezin is gespecialiseerd in diagnostiek en behandeling van kinderen en adolescenten tot en met 18 jaar en hun (pleeg-)ouders, waarbij er sprake is van complexe problematiek op het gebied van trauma/kindermishandeling en (onveilige) problematische gezinssituaties.
Hoofd- en sublocatie
Meibergdreef 5
1105 AZ Amsterdam
Rijksstraatweg 145
1115 ZG Duivendrecht
Telefoon
Website
Het Centrum voor trauma en gezin is gespecialiseerd in de diagnostiek en behandeling van kinderen en adolescenten tot en met 18 jaar en hun (pleeg-)ouders, waarbij er sprake is van complexe problematiek op het gebied van trauma/kindermishandeling en (onveilige) problematische gezinssituaties.
De volgende patiënten komen in aanmerking voor behandeling:
• Er is sprake geweest van eerdere diagnostiek en/of hulpverlening waarbij het resultaat onvoldoende is en
• Er is sprake van meervoudige problematiek, waaronder psychiatrische, en vastlopen op meerdere leefgebieden (geen enkelvoudige diagnose) en/of
• Er is vaak sprake van bemoeienis door de Jeugdbescherming en kinderrechters.
• posttraumatische stressstoornis met co-morbiditeit bij kinderen en adolescenten, en ouders.
• hechtingsstoornis met co-morbiditeit bij kinderen.
• co-morbiditeit bij kinderen en adolescenten: depressieve stoornis, angststoornis, ADHD, gedragsstoornis.
• co-morbiditeit ouders: depressieve stoornis, angststoornis, verslaving, persoonlijkheidsproblematiek.
De diagnostiek bestaat uit gesprekken met kinderen, jongeren en hun ouders, waarbij ook systematisch gebruik wordt gemaakt van vragenlijsten, specialistische klinische interviews en instrumenten om de kwaliteit van de ouder-kind interactie te bepalen.
Het onderscheid met de reguliere zorg is dat de afdeling specialistische klinische interviews afneemt, de kwaliteit van de ouder-kind interactie in kaart brengt en de bevindingen in een hoogspecialistisch multidisciplinair team worden besproken.
Naast het intakegesprek en de diagnostische gesprekken met kind, jongeren en ouders nemen de afname van de vragenlijsten ongeveer 45-60 minuten in beslag en het klinische interview afhankelijk van de problematiek ongeveer een uur. Het streven is dit diagnostiektraject binnen twee weken af te ronden.
De volgende vragenlijsten worden afgenomen: CBCL, YSR, TRF, CRIES-13, TSCYC, RCADS, SDQ, SVL-22, ECBI en/of BRIEF. De volgende klinische interviews worden afgenomen: CAPS-CA en ADIS ouders. De volgende instrumenten worden gebruikt voor de ouder-kind interactie: DPICS en EAS.
Binnen de afdeling zijn er drie multidisciplinaire teams die diagnostiek en behandeling doen: poliklinisch team, team gezinsdagbehandeling en team gezinskliniek. Het gaat om derde lijnszorg, waarbij eerdere behandeling elders niet succesvol was.
Jonge kinderen (2-7 jaar) met forse gedragsproblemen en hun ouders
PCIT-HOME staat voor Parent-Child Interaction Therapie-HOME. PCIT-HOME is een aangepaste PCIT behandeling die in de thuissituatie plaatsvindt. De behandelduur is gemiddeld 15 sessies afhankelijk van de ernst van de problematiek. PCIT-HOME gaat uit van de sociale leertheorie. De behandeling is gericht op het verbeteren van de opvoedvaardigheden van ouders, de ouder-kind relatie en het verminderen van de gedragsproblemen bij het kind.
PCIT is effectief, maar gezien de uitval is besloten om de behandeling in de thuissituatie te geven. Met PCIT-HOME wil de afdeling deze uitval beperken. Het blijkt dat met name depressieve moeders uitvallen op PCIT.
Uit onderzoek blijkt dat PCIT grote effecten laat zien, maar dat met name moeders met depressieve klachten uitvallen op de behandeling. PCIT-HOME is als innovatieve behandeling ontwikkeld om de uitval te beperken. De behandeling vindt plaats in de thuissituatie. De onderzoeksresultaten van PCIT-HOME worden in 2018 verwacht.
Getraumatiseerde kinderen (4-12 jaar) met gehechtheidsproblemen.
ITAPS staat voor Integrative team Treatment for Attachment trauma in children. De methodiek gaat uit van de cognitieve gedragstherapie en systeemtheorie. De innovatieve behandeling verbetert niet alleen de traumaklachten, maar bevordert ook de gehechtheid door intensief samen te werken met (pleeg-)ouders. De gemiddelde behandelduur is gemiddeld 6 tot 9 maanden.
Uit onderzoek blijkt dat TF-CBT en EMDR effectieve behandelvormen zijn voor kinderen en jongeren met PTSS. Voor de kinderen waar ook gehechtheidsproblemen zijn, is er soms meer nodig. Voor deze kinderen is de Integrative team Treatment for Attachment ontwikkeld.
De uitstroom criteria die de afdeling gebruikt zijn:
- behalen van het behandeldoel
- significante verbetering van niveau van functioneren
- geen hoog specialistische behandeling meer nodig
- begeleiding van een jeugdhulpverleningsinstelling kan alleen gaan plaatsvinden
- er is voldoende helderheid over het gezinsfunctioneren om een beslissing te kunnen nemen over het (woon-)perspectief van het kind.
De afdeling probeert de verwijzer van diverse hulpverleningsinstellingen zo vroeg mogelijk bij de behandeling te betrekken zodat overdracht van de behandeling gemakkelijker gaat. Door deze intensieve samenwerking is het in een aantal gevallen mogelijk om de patiënt helemaal aan (een van) hen over te dragen voor verdere begeleiding. De afdeling kan dan uiteraard altijd geconsulteerd worden als er zich problemen voordoen, waarbij zij weer even moeten meekijken.
In principe wordt de patiënt weer terugverwezen naar de verwijzer.
Als een patiënt is terugverwezen, dan blijft het mogelijk voor de verwijzer om contact te hebben over advies vervolgbehandeling en in sommige situaties blijft de afdeling nog betrokken in de behandeling om deze op een goede manier over te dragen.
Ook na de behandeling worden de vragenlijsten en klinische interviews herhaald om de behandeleffecten te meten.
Vragenlijsten: CBCL, YSR, TRF, CRIES-13, TSCYC, RCADS, SDQ, SVL-22 en/of BRIEF.
Klinische interviews: CAPS-CA en ADIS ouders.
De volgende instrumenten worden gebruikt voor de ouder-kind interactie: DPICS en EAS.
Bij ongeveer 80% van de patiënten wordt de behandeling binnen 9 tot 18 maanden afgerond.
Een second opinion kan aangevraagd worden op twee manieren:
- aanmelding via het Centrale Aanmeld- en Informatiepunt (CAI) van de Bascule, zie de website
- via het telefonisch spreekuur: vier werkdagen per week van 13.00-14.00 uur, tel.: 020-8901000.
De meeste vragen van (potentiële) verwijzers betreffen consultatie en advies, en vaak is dit afdoende. Mocht een verwijzer dit onvoldoende vinden en zelf niet verder komen met de behandeling, dan wordt deze vaak overgenomen. Bij een second opinion wordt in principe hetzelfde diagnostiektraject uitgevoerd als een reguliere aanmelding, maar afhankelijk van de vraag wordt er ook wel aanvullende diagnostiek gedaan. Second opinions worden in principe besproken in een multidisciplinair teamverband. De verwijzer heeft contact met een kinder- en jeugdpsychiater of een klinisch psycholoog.
Kinder- en jeugdpsychiater/systeemtherapeut
(020) 566 33 83 - R.Lindauer@debascule.com
Klinisch psycholoog/psychotherapeut
(020) 890 10 00 - C.deRoos@debascule.com
Klinisch psycholoog/psychotherapeut
(020) 890 10 00 - N.Schlattmann@debascule.com
De doelstelling van de afdeling is:
- het verminderen van de traumaklachten en co-morbide problemen bij kinderen en jongeren. Om dit te meten worden verschillende trauma vragenlijsten en interviews afgenomen.
- het bevorderen van de veiligheid binnen het gezin en de opvoedvaardigheden van (pleeg-)ouders.Om dit te meten wordt gebruik gemaakt van een veiligheidsplan, DPICS en EAS.
Het doel is ongeveer bereikt in 45 tot 60% van de gevallen, waarbij er een redelijk tot goed herstel is.
De volgende behandelvormen zijn onderzocht op effectiviteit: TF-CBT, EMDR, MTFC-P en PCIT. De effecten van TF-CBT, EMDR en PCIT zijn groot. De behandeleffecten van MTFC-P is beperkt.
In onderzoek zijn nu: Integrative team Treatment for Attachment en PCIT-HOME.
De volgende vragenlijsten worden afgenomen: CBCL, YSR, TRF, CRIES-13, TSCYC, RCADS, SDQ, SVL-22, ECBI en/of BRIEF.
De volgende klinische interviews worden afgenomen: CAPS-CA en ADIS ouders.
De volgende instrumenten worden gebruikt voor de ouder-kind interactie: DPICS en EAS.
Voor de start van de behandeling en daarna. In onderzoeksprojecten ook tijdens de behandeling en na een follow-up periode.
Afhankelijk van de behandelvorm knapt ongeveer 45 tot 60% op.
De zorg bij de afdeling wordt hoog gewaardeerd.
Na de training Traumasensitief (pleeg-)ouderschap gaven de pleegouders aan dat zij er veel van hadden geleerd en met andere ogen kijken naar de problemen van hun pleegkind. De waardering van de training was hoog, rond de 4 (0-5).
Hoogleraar/afdelingshoofd Kinder- en Jeugdpsychiatrie AMC en kinder-en jeugdpsychiater/systeemtherapeut de Bascule.
Kinder- en jeugdpsychiater/postdoc
PTSD in children and adolescents: underlying biological mechanisms and treatment effects.
Trauma en executieve functies bij kinderen en jongeren.
De Bascule organiseert om het jaar een symposium. Tijdens dit symposium presenteren de TOPGGz-afdelingen zich.